De naam zegt het al: hier werd graan verbrand. En inderdaad, de apparatuur van toen staat nog steeds in een schuurtje op de binnenplaats – metalen vaten, pijpen en andere relikwieën uit vervlogen tijden. Deze kleine distilleerderij is opgericht door Theodor Töller, die hier in 1910 zijn "stoom- en graanbrandewijnstokerij" opende. Net als veel andere distilleerderijen moest Töller echter in de loop van de Tweede Wereldoorlog de productie stopzetten. In tijden van voedselschaarste moet graan verwerkt worden tot brooddeeg in plaats van jeneverbrij.
Tot 1960 runden twee ongehuwde dochters van Theodor Töller de bar. In die tijd was het een min of meer bouwvallige laagbouw. De verdiepingen boven het restaurant zijn, zoals veel dingen in Keulen, niet bepaald een naoorlogs architectonisch pareltje, maar werden pas in de loop van de jaren zestig gebouwd.
De "vier kontwangen"
De twee Juffers hadden achter hun rug om een weinig vleiende naam gekregen van de verstokte gasten: de 'Four Butt Cheeks'. Een foto die in de winkel hangt, daarentegen, toont haar als klein meisje in het wit gekleed met haar vader voor de herberg.
In 1980 kwam de Kornbrenner uiteindelijk in handen van de al lang bestaande Keulse herbergiersfamilie Robinson. Rudi Robinson stierf in 1981. Zijn dochter en zijn vrouw bestierden de »Korni« met een uiterst sympathieke Rijnlandse edelvrouw.
In 2018 nam Stefanos Grigoriadis met Griekse roots de Kornbrenner over en runt de Korni nog steeds met volle passie.
Ook in de barruimte zijn tal van elementen uit de oprichtingsfase bewaard gebleven, waarvan de verhoogde nis in de achterkamer de historisch meest interessante rol speelt. In die verre tijd vond hier een klein orkest zijn plaats voor de jukebox, platenspeler of mp3-speler.
Bron:
https://www.koeln.de/koeln/essen_und_trinken/111_kneipen/kornbrenner-von-vier-arschbacken-zum-robinson-club_969502.html